Nationaal Regieorgaan Praktijkgericht Onderzoek SIAFontys Pedagogiek

Training cultuursensitieve gespreksvoering met ouders


 


Training Cultuur-sensitieve gespreksvoering met ouders

Doel en relevantie activiteit

Wanneer leerkrachten en ouders samenwerkingspartners zijn in opvoeding en onderwijs, kunnen zij de optimale omstandigheden scheppen voor het leren en de ontwikkeling van kinderen. Het begint bij een goede relatie en een open communicatie. Ouders en leerkrachten moeten elkaar over en weer kunnen vertrouwen en in gesprekken met elkaar afstemmen. Leerkrachten moeten daarbij op zoek naar afstemming over de verdeling van taken en verantwoordelijkheden van henzelf en ouders (Bakker, Denessen, Dennissen, & Oolbekkink-Marchand, 2013) en streven naar gedeelde verwachtingen over hoe ouders kinderen thuis kunnen ondersteunen. Houdingsaspecten van leerkrachten spelen hierbij een belangrijke rol.

Leerkrachten hebben behoefte aan ondersteuning om moeilijk bereikbare ouders mee te krijgen, of om veeleisende ouders aan te kunnen. Vooral beginnende leerkrachten vinden het moeilijk om gesprekken te voeren met ouders van achterstandsleerlingen, ouders met andere ambities of overtuigingen, of een andere thuistaal (Bakker et al., 2013; Driessen, 2013). Bij de ontwikkeling van beroepskwaliteiten van professionals in het onderwijs dient op structurele wijze aandacht geschonken te worden aan diversiteit en intercultureel vakmanschap. Zij dienen cultuur sensitieve competenties te ontwikkelen, die bestaan in een houding van open staan voor gevoelens en behoeften van de ander, reflecteren op eigen gedrag; en kennis over culturele verhoudingen, gebruiken en dimensies waarop culturen verschillen. Deze kennis verbreedt het referentiekader, en daarnaast is het essentieel dat het ‘vanzelfsprekende’ vaardigheidsrepertoire wordt uitgebreid.

De training cultuur-sensitieve gespreksvoering met ouders is erop gericht het handelingsrepertoire van de leerkrachten in het primair onderwijs en speciaal basisonderwijs te verbreden. Door gecombineerd aandacht te hebben voor kennis, houding en vaardigheden kunnen professionals in het onderwijs leren systematisch gebruik te maken van culturele competenties en deze in te bedden in hun algehele werkwijze.

Doelen

  1. Kennis verwerven over de  complexiteit van de schoolpopulatie, het  omgaan met verschillende culturele achtergronden en succesfactoren die van invloed zijn op ouderbetrokkenheid;
  2. Leren uitgaan van professionele waarden en normen en deze kunnen koppelen aan de beroepsethiek van de docent;
  3. Bewustwording van de eigen waarden en normen in relatie tot die van de ouders.
  4. Leren van basisvaardigheden als empathie tonen, respect, contact leggen, op het gemak stellen, inleven in de ander / actieve luisterhouding, vragen stellen, doorvragen, concretiseren, parafraseren, samenvatten, gevoelsreflecties geven / informatie geven / bewust zijn van non-verbale communicatie en metacommunicatie;
  5. Reflectie op eigen vaardigheden en feedback vragen aan anderen (collega leerkracht,  begeleider/trainer, ouder);
  6. Werken aan persoonlijke leerdoelen (bijv. beeldvorming, omgaan met culturele verschillen, omgaan met assertief gedrag van ouders) met als doel bewustwording effect van eigen houding op gedrag ouders en omgekeerd, en ontdekken van effectief gedrag.

 

SBL-competenties:

  • Competentie 1: Gesprekstechnieken
  • Competentie 5: Samenwerking met collega’s.
  • Competentie 6: Samenwerking met ouders.
  • Competentie 7: Blikveld verbredend perspectief: het werken met pedagogische partners

 

Samenvatting inhoud en werkwijze

In 2016-17 is de training samen met leerkrachten, studenten en docenten van de Pabo en Pedagogiek ontwikkeld in de praktijk van zes scholen met verschillende ouderpopulaties: reguliere basisscholen, stimuleringsscholen met een hoog percentage gewichtenleerlingen en een school voor speciaal basisonderwijs. Daarbij werd casuïstiek uit verschillende schoolcontexten verzameld en filmmateriaal met trainingsacteurs, leerkrachten en studenten opgenomen. De training werd in juni 2017 opgenomen in het Register Leraren.

De training die met ingang van 2018 wordt aangeboden bestaat uit 8 trainingsbijeenkomsten van 2,5 uur (20 uur), waarvan één met een trainingsacteur, wekelijkse thuisopdrachten (10 uur), intercollegiale coaching en bijwonen oudergesprekken collega (8 uur) en theorie (12 uur).

Tijdens de trainingsbijeenkomsten wordt casuïstiek uitgewisseld. Er vindt reflectie plaats op inhoud van oudercontacten en beroepshouding van de deelnemers. Daardoor leren de deelnemers uit te gaan van professionele waarden en normen, deze te koppelen aan de beroepsethiek van de leraar en worden zij zich bewust van hun eigen waarden en normen in relatie tot die van ouders. Er vindt een opbouw plaats in oefengesprekken en reflectie over deze gesprekken, middels reeds beschikbare casuïstiek uit verschillende schoolcontexten, cases uit eigen lespraktijk en reële gesprekken met ouders.

In de trainingsbijeenkomsten wordt gebruik gemaakt van filmvoorbeelden van de bijbehorende website (www.educatief-partnerschap.nl) en van opnamen die tijdens de bijeenkomsten worden gemaakt. Casuïstiek wordt door de deelnemers voorafgaand en na afloop van trainingsbijeenkomst op schrift gesteld en onderling gedeeld. Reflectie op casuïstiek en eigen handelen vindt plaats onder supervisie van de docent-trainer en, buiten de trainingsbijeenkomsten, middels intercollegiale coaching. Leerkrachten sluiten aan bij oudergesprekken van een collega (over en weer) en bespreken deze gesprekken met elkaar.

Het is aan te bevelen dat zoveel mogelijk leerkrachten uit één schoolteam samen aan de training deelnemen, inclusief de studenten van de Pabo, Pedagogiek en/of Social Work die ten tijde van de training op betreffende school stage lopen (minimaal 6, maximaal 12 deelnemers).

In de thuisopdrachten wordt aandacht besteed aan het verwerven van theoretische kennis over de complexiteit van de schoolpopulatie, het omgaan met verschillende culturele achtergronden en succesfactoren die van invloed zijn op ouderbetrokkenheid. De te bestuderen literatuur is verwerkt in een leeswijzer

 

Globale urenverdeling over de bekwaamheidseisen

Vakinhoudelijk: bestuderen literatuur cultuursensitiviteit en partnerschap met ouders (12), verwerking thuisopdrachten en casuïstiek (10): 22 uur

Uren gericht op professioneel handelen: trainingsbijeenkomsten mbt ontwikkelen van vaardigheden en houdingen (20); intercollegiale coaching aan de hand van reële gesprekssituaties met ouders (8): 28 uur

Totaal  50 uur

 

Overzicht trainingsbijeenkomsten op locatie

1: Leerwensen en eigen kwaliteiten

Centraal in deze bijeenkomst staat het kennismaken met elkaar en het in kaart brengen van de kwaliteiten en leerwensen van de deelnemers (Wat willen ze zelf bereiken in het contact met ouders? Waar willen ze mee aan de slag in deze training? Hoe kunnen ze elkaar helpen met het bereiken van deze doelen?). Aan bod komt met welke ouders het goed lukt om gesprekken te voeren en met welke minder goed, en welk soort gesprekken en thematiek deelnemers vooral lastig vinden. Hierbij wordt ook nagaan met welke ouders de deelnemers te maken hebben om zo zicht te krijgen op de ouderpopulatie van de school.

2: Waarden en normen

De eigen waarden en normen spelen een grote rol in de houding bij gesprekken met ouders. Tijdens deze bijeenkomst gaan deelnemers na welke waarden en normen voor hen belangrijk zijn, wat ze vanzelfsprekend vinden, waar hun grenzen liggen en hoe dit een rol speelt in hun contact met ouders. Culturele verschillen en hieruit voortkomende misverstanden en meningsverschillen staan hierbij centraal.

3: Bouwen aan vertrouwen 

Om te komen tot educatief partnerschap is het bouwen aan een relatie van wederzijds vertrouwen tussen leerkracht en ouders essentieel. Dit houdt in dat er niet alleen gesprekken zijn op het moment dat er iets mis is, maar dat vanaf het begin af aan geïnvesteerd wordt in het leren kennen van ouder en kind. Wanneer er een relatie van wederzijds respect, tweerichting verkeer en vertrouwen is ontstaan, zullen ook de lastige onderwerpen makkelijker aangekaart kunnen worden. Dit alles met als doel de ontwikkelingskansen van het kind te bevorderen. Afgestemd op zowel niveau en de leerdoelen van de deelnemers als de ouderpopulatie staat bij deze bijeenkomst het oefenen met houding en vaardigheden die richting alle ouders belangrijk zijn centraal. Deelnemers worden zich bewust van hun luistergedrag en het belang van het geven van erkenning. Daarnaast komt het adequaat kunnen toepassen van gevoelsreflecties en empathie aan bod, en het hanteren van een balans tussen compassie en controle (empathie tonen en grenzen aangeven).

4: Gesprekken oefenen met trainingsacteur

Naast oefenen in de praktijk is een effectieve manier om vaardigheden aan te leren het oefenen in een rollenspel. Tijdens deze bijeenkomst oefenen de deelnemers met professionele trainingsacteurs. Door de feedback van de acteur en collega’s en het terugkijken van de eigen filmopname, krijgen deelnemers meer zicht op hun sterke en zwakke punten. Tijdens deze bijeenkomst wordt er gebruik gemaakt van casussen en ouderrollen die zijn afgestemd op de ouderpopulatie van de school.

5, 6 & 7: Thematische bijeenkomsten

Op basis van de voorkennis en leervragen van de deelnemers worden er in overleg maximaal drie van de 6 thema’s gekozen om deze bijeenkomsten in te vullen. Bij elk thema zijn er voorbereidingsopdrachten, casusmateriaal, literatuur en werkvormen beschikbaar. De volgende thema’s zijn beschikbaar:

Informele gesprekken

Belangrijke praktijken om een vertrouwensrelatie op te bouwen zijn informele gesprekken en niet-geplande bezoekjes. Een wederzijdse interesse in het kind is het vertrekpunt om met ouders in gesprek te komen. Luisteren naar ouders is daarbij een vereiste om een vertrouwensrelatie te creëren. Leerkrachten geven aan het moeilijk te vinden wanneer ouders onverwacht en op een ongeschikt moment met dringende, lastige vragen komen. Hoe de ouder serieus te nemen en tegelijk de eigen grenzen aan te geven? Centraal bij dit thema staat bouwen aan vertrouwen, luisteren, grenzen aangeven, compassie en controle en het kennen van je doelgroep. Tijdens deze bijeenkomst komt het nemen van initiatief, het benutten van diversiteit en het bevorderen van interactie aan bod.

Kennismakingsgesprekken

Leerkrachten en ouders kunnen goed met elkaar samenwerken wanneer zij eenieders verwachtingen ten aanzien van het kind en diens ontwikkeling regelmatig met elkaar bespreken en afstemmen. De start van dit proces vindt plaats in het kennismakingsgesprek. Centraal bij dit thema staat bouwen aan vertrouwen, luisteren, grenzen aangeven, compassie en controle en het kennen van je doelgroep. Tijdens deze bijeenkomst komt het actief luisteren naar ouders, het afstemmen van verwachtingen met ouders, het stellen van vragen naar hoe het thuis met het kind gaat en het tonen van interesse in de ouders centraal.

Formele gesprekken rondom zorgen over het kind (aankaarten van verwaarlozing, gedrag, veiligheid, leerproblemen)

Het is voor leerkrachten niet altijd gemakkelijk om hun zorgen over het kind met ouders te bespreken. Centraal bij dit thema staat hoe je als leerkracht je zorgen kenbaar kunt maken zonder aanvallend over te komen en hoe je ervoor zorgt dat je samen met ouders komt te staan in het belang van het kind. Hierbij komt aan bod het benoemen van zorgen, het geven van gepaste gevoelsreflecties, het belang van het kind centraal stellen, het benutten van de krachten van ouders en deze zien als ervaringsdeskundige van hun kind.

Formele gesprekken in het kader van passend onderwijs (plaatsing, beleidszaken, beslissingen, wel of niet testen, andere school)

Het betrekken van ouders bij beslissingen rondom zorgleerlingen is een belangrijk punt van aandacht. Bij dit thema staat centraal hoe je ouders op de hoogte stelt, hoe je omgaat met bezwaren en hoe je ervoor zorgt dat school en ouders op een lijn komen. Hierbij komt aan bod ouders meenemen in beslissingen, de ouder als gelijkwaardige gesprekspartner, het luisteren naar de zorgen/bezwaren van ouders, het omgaan met weerstand bij ouders, emoties en andere verwachtingen en ambities.

Slechtnieuwsgesprekken (kind gaat niet over, moet van school, ouder accepteert schooladvies niet).

Als leerkracht en als school probeer je om ouders zoveel mogelijk mee te nemen in beslissingen en te voorkomen dat slecht nieuws als ‘donderslag bij heldere hemel’ komt. Centraal bij dit thema staan de verschillende stappen van een slechtnieuwsgesprek. Hierbij is er ook aandacht voor omgaan met weerstand, emoties, andere verwachtingen en ambities, compassie en controle.

Omgaan met conflicten (boze ouders, agressie, omgaan met emoties)

Bij dit thema staat conflicthantering centraal. Hoe zorg je als leerkracht ervoor dat boze ouders rustig worden en dat meningsverschillen niet escaleren en de vertrouwensrelatie beschermd blijft? Hierbij komt de eigen conflicthanteringsstijl van de deelnemers aan bod alsmede het model van Roos van Leary. Daarnaast is er aandacht voor de-escaleren, compassie en controle.

8: Evaluatie en afsluiting

Bij de laatste bijeenkomst wordt de training geëvalueerd. Wat was de startpositie van de deelnemers, welke vaardigheden en inzichten hebben de deelnemers gedurende de training ontwikkeld, hoe komt dit ten goede aan de onderwijspraktijk?

 

 

Referenties

Bakker, J., Denessen, E., Dennissen, M.& Oolbekkink-Marchand, H. (2013). Leraren en ouderbetrokkenheid. Een reviewstudie naar de effecten van ouderbetrokkenheid en de rol die leraren hierbij kunnen vervullen. Nijmegen: Radboud Universiteit.

Bokdam, J., Tom, M., Berger, J., Smit, F., Rens, van C. (2014). Monitor ouderbetrokkenheid po, vo en mbo. Derde meting 2014. Trends in beeld. Zoetermeer: Panteia/ ITS.

Driessen, G. (2013). De bestrijding van onderwijsachterstanden. Een review van opbrengsten en effectieve aanpakken. Nijmegen: ITS.

Evaluatie- en adviescommissie Passend Onderwijs (2013). Monitor Ouders en Passend Onderwijs. Positie en ervaringen van ouders van leerlingen met en zonder extra onderwijsondersteuning in het kader van de invoering van de Wet Passend Onderwijs. Utrecht: Sardes/ ECPO.

Roeleveld, J., Smeets, E., Ledoux, G., Wester, M., Koopman, P.N.J. (2013). Prestaties en loopbanen van zorgleerlingen. Secundaire analyses op COOL-data ten behoeve van evaluatie Passend Onderwijs. Amsterdam: Kohnstamm Instituut.

 


<< terug naar inspiraties